Alcohol en drugs

Het alcohol- en drugsgebruik van werknemers en uitzendkrachten kan een negatieve invloed hebben op de veiligheid, de gezondheid en het welzijn van werknemers en hun (werk)omgeving. Om die negatieve impact te voorkomen, werd in 2009 CAO 100 uitgewerkt die bedrijven verplicht om een preventief alcohol- en drugsbeleid te voeren. Het doel is de nadelige gevolgen van 'werkgerelateerd' alcohol- en drugsgebruik bespreekbaar te maken, te voorkomen en te verhelpen. Werkgerelateerd in die zin dat het beleid enkel van toepassing is op gebruik onmiddellijk voorafgaand aan het werk, tijdens de werkuren (inclusief de lunchpauzes), tijdens specifieke aangelegenheden op het werk (verjaardag, nieuwjaar, pensionering, …) en op weg van en naar het werk.

Uitzendbureau

Het is de verantwoordelijkheid van de gebruiker om een preventief alcohol- en drugsbeleid uit te stippelen en de uitzendkracht en het uitzendbureau daarover duidelijk te informeren.

Het alcohol- en drugsbeleid is van toepassing op alle werknemers, dus ook de uitzendkrachten die bij de gebruiker aan de slag zijn. Als de uitzendkracht zich niet aan de regels houdt, brengt de gebruiker hiervan het uitzendbureau op de hoogte. Het uitzendbureau zal dan de nodige maatregelen treffen, in samenspraak met de gebruiker.

Het is aangewezen om in de commerciële overeenkomst met de gebruiker duidelijke afspraken te maken over de communicatie tussen gebruiker en uitzendkantoor in het geval het alcohol- en/of drugsgebruik van de uitzendkracht een negatieve invloed heeft op het werk.

Meer informatie vind je in de circulaire CIN 2014 12 Preventief alcohol –en drugsbeleid.

Uitzendkracht

Uitzendkrachten moeten van bij het onthaal op de hoogte zijn van het alcohol- en drugsbeleid van de gebruiker en moeten zich houden aan alle aspecten die in het beleid vermeld staan. Zo niet kan het uitzendbureau in samenspraak met de gebruiker een sanctie opleggen.

Afhankelijk van het arbeidsreglement kan de gebruiker ook bepaalde alcohol- en drugstesten laten afnemen. Al zijn niet alle types testen toegelaten. Bij twijfel, aarzel niet om het uitzendbureau te contacteren.

Meer informatie vind je in de circulaire CIN 2014 12 Preventief alcohol –en drugsbeleid.

Gebruiker

Volgens CAO 100 moet het arbeidsreglement van elke onderneming een beleids- of intentieverklaring bevatten om een preventief alcohol- en drugsbeleid te voeren. De klemtoon daarin ligt niet zozeer op het gebruik zelf, maar wel op de mogelijke nadelige gevolgen ervan op de werkvloer.

In eerste instantie moet de gebruiker na een risicoanalyse een intentieverklaring uitwerken op maat van de onderneming en de problemen die zich stellen. Deze verklaring kan zich beperken tot de doelstellingen en principes van het preventiebeleid.

Als uit de risicoanalyse blijkt dat er nood is aan een doelgerichte aanpak, dan zal de gebruiker een preventief alcohol- en drugsbeleid uitwerken. Daarbij houdt de gebruiker best rekening met de volgende vier pijlers:

  • Voorlichting en vorming
  • Regels
  • Procedures bij acuut en chronisch misbruik
  • Hulpverlening

Het alcohol- en drugsbeleid van de gebruiker geldt voor alle werknemers, zowel vaste medewerkers als uitzendkrachten.

Het is aangewezen om in de commerciële overeenkomst met het uitzendbureau duidelijke afspraken te maken over de communicatie tussen gebruiker en uitzendkantoor in het geval het alcohol- en/of drugsgebruik van de uitzendkracht een negatieve invloed heeft op het werk.

De gebruiker kan, indien voorzien in het arbeidsreglement, een aantal testen afnemen (zoals ademtesten en psychomotorische testen) en op grond daarvan de uitzendkracht verwijderen uit zijn werkpost. Opgelet: niet alle soorten testen zijn toegelaten.

Meer informatie vind je in de circulaire CIN 2014 12 Preventief alcohol –en drugsbeleid.